rdfs:comment
| - James Marnix „Jim“ de Booy (* 24. Juli 1885 in Kralingen, Rotterdam; † 1. März 1969 in Lausanne, Schweiz) war ein niederländischer Offizier, Wirtschaftsmanager, parteiloser Politiker und Diplomat, der nach einer Laufbahn bei der Koninklijke Marine als Manager beim Energieunternehmen N. V. Bataafse Petroleum Maatschappij (BPM) tätig war und nach der deutschen Besetzung der Niederlande im Zweiten Weltkrieg 1940 in Großbritannien Mitglied des Außenpolitischen Beratungsgremiums sowie der Schifffahrts- und Handelskommission der dortigen Exilregierung war sowie 1944 zum Minister für Schifffahrt und Fischerei im von Ministerpräsident Pieter Sjoerds Gerbrandy ernannt wurde. Einige Zeit später übernahm er in dieser Regierung zugleich das Amt des Marineministers. (de)
- James Marnix de Booy (born de Booij; 24 July 1885, Kralingen – 1 March 1969, Lausanne) was a Dutch politician and member of the Dutch resistance. De Booy was a liberal entrepreneur and government minister. During his naval career he was commander of several submarines. After his naval career, he worked in business and followed an international career with the Batavian Petroleum Company. On 14 May 1940 he escaped to England (an Engelandvaarder) and in London, he was a member of the advisory board and extraordinary of shipping and commerce committee and appointed in 1944 as Minister of Marine and Fisheries. In the post-war cabinet of Schermerhorn-Drees, he was also the Navy minister. He then became the first Dutch ambassador in Bonn. For his war-time political activities in exile he was awar (en)
- James Marnix (Jim) de Booy, eigenlijke achternaam de Booij (Kralingen (tegenwoordig Rotterdam), 24 juli 1885 - Lausanne (Zwitserland), 1 maart 1969) was een Nederlands politicus en verzetsstrijder. De Booy was een liberale ondernemer en minister. Tijdens zijn marineloopbaan voerde hij het commando over verschillende onderzeeboten. Na zijn marineloopbaan was hij werkzaam in het bedrijfsleven. Hij doorliep een internationale loopbaan bij de Bataafse Petroleum Maatschappij. Op 14 mei 1940 stak hij over naar Engeland en werd in Londen lid van de buitengewone adviesraad en van de scheepvaart- en handelscommissie. In 1944 werd hij benoemd tot minister van Scheepvaart en Visserij, en in het kabinet-Schermerhorn-Drees nam hij tevens de portefeuille van Marine op zich. Nadien werd hij de eerste Ned (nl)
|