rdfs:comment
| - La Historia de duobus amantibus (in italiano "Storia di due amanti") è un romanzo epistolare di genere erotico scritto nel 1444 da Enea Silvio Piccolomini, il futuro papa Pio II. La prima edizione a stampa dell'opera fu dovuta ad Ulrich Zell a Colonia tra il 1467 ed il 1470. (it)
- The Tale of Two Lovers (Latin: Historia de duobus amantibus) ( 1444) is a novel by Aeneas Sylvius Piccolomini, the future Pope Pius II. It is one of the earliest examples of an epistolary novel, full of erotic imagery. The first printed edition was published by Ulrich Zell in Cologne between 1467 and 1470. The lovers were identified by some with Kaspar Schlick, the chancellor of Sigismund, Holy Roman Emperor and a daughter of the elder Mariano Sozzini, Aeneas' law teacher at the University of Siena. Translations have been made into several languages, including English. (en)
- De Historia de duobus amantibus (Geschiedenis van twee geliefden) werd geschreven door de Toscaanse humanist Aeneas Sylvius Piccolomini (1405-1464), de latere paus Pius II (1458-1464), en gepubliceerd te Wenen op 3 juli 1444. Het is een erotische prozaroman, deels in brieven, met de nodige ontleningen aan het werk van klassieke auteurs als Ovidius en Virgilius, en middeleeuwse auteurs als Andreas Capellanus (2e helft 12e eeuw) en Giovanni Boccaccio (1313-1375).Plaats van handeling is de Toscaanse stad Siena ten tijde van keizer Sigismund, met wie bedoeld zal zijn Sigismund van Luxemburg (1368-1437), keizer van het Heilige Roomse Rijk (1433-1437). Natuurlijk heeft men deze geschiedenis gelezen en begrepen als een ‘waar gebeurd verhaal’ en getracht te achterhalen wie er schuil gingen achter (nl)
|
has abstract
| - The Tale of Two Lovers (Latin: Historia de duobus amantibus) ( 1444) is a novel by Aeneas Sylvius Piccolomini, the future Pope Pius II. It is one of the earliest examples of an epistolary novel, full of erotic imagery. The first printed edition was published by Ulrich Zell in Cologne between 1467 and 1470. The novel is set in Siena, Italy, and centres on the love story of Lucretia, a married woman, and Euryalus, one of the men waiting on the Duke of Austria. After an uncertain beginning, in which each is in love but unaware that it is reciprocated, they begin a correspondence, which takes up much of the rest of the novel. Before writing his first love-letter, Euryalus quotes Virgil in defence of his position, Amor vincit omnia et nos cedamus amori (translated: "Love conquers all; let us all yield to love!"). The lovers were identified by some with Kaspar Schlick, the chancellor of Sigismund, Holy Roman Emperor and a daughter of the elder Mariano Sozzini, Aeneas' law teacher at the University of Siena. In 1462, it was translated into German by Niklas van Wyle who dedicated it to his patron Mechthild of the Palatinate. Translations have been made into several languages, including English. (en)
- De Historia de duobus amantibus (Geschiedenis van twee geliefden) werd geschreven door de Toscaanse humanist Aeneas Sylvius Piccolomini (1405-1464), de latere paus Pius II (1458-1464), en gepubliceerd te Wenen op 3 juli 1444. Het is een erotische prozaroman, deels in brieven, met de nodige ontleningen aan het werk van klassieke auteurs als Ovidius en Virgilius, en middeleeuwse auteurs als Andreas Capellanus (2e helft 12e eeuw) en Giovanni Boccaccio (1313-1375).Plaats van handeling is de Toscaanse stad Siena ten tijde van keizer Sigismund, met wie bedoeld zal zijn Sigismund van Luxemburg (1368-1437), keizer van het Heilige Roomse Rijk (1433-1437). Natuurlijk heeft men deze geschiedenis gelezen en begrepen als een ‘waar gebeurd verhaal’ en getracht te achterhalen wie er schuil gingen achter de hoofdpersonen Euryalius en Lucretia, en (mogelijke) kandidaten aangewezen, bijvoorbeeld Kaspar Schlick als de man die model gestaan zou hebben voor Euryalus. Verstandiger echter is het om deze verankering in tijd en plaats te interpreteren als een literaire techniek, ‘verificatio’ geheten, die gebruikt werd om een fictioneel verhaal als een waar gebeurde geschiedenis te presenteren.Uit de overlevering blijkt dat de Historia de duobus amantibus in zijn tijd razend populair was tot ver buiten Toscane, en dat het vooral gebruikt zal zijn als schoolboek, zowel om correct Latijn te leren als om de inhoud: opgroeiende jongens van goede geboorte te waarschuwen voor de vaak fatale verlokkingen van de liefde. De tekst is in handschrift overgeleverd, meestal in combinatie met vergelijkbare teksten, maar vooral in druk, de oudste die van Ulrich Zell, Keulen circa 1467-1470. Vijftiende-eeuwse drukken in de Nederlanden zijn die van Dirk Martens, Aalst 1473; Johann Veldener, Leuven 1477; Conradus Braem, Leuven 1479; Heinricus Heynrici, Leiden 1483; Jacob vander Meer & Christiaen Snellaert, Delft 1486; Mathias vander Goes, Antwerpen 1488 en Gheraert Leeu, Antwerpen 1488.Nog in de vijftiende eeuw werd de Latijnse Historia vertaald en bewerkt in de volkstaal: in het Duits door Niklas von Wyle als Euriolus und Lucretia (1462), en in het Frans door Octavien de St. Gelais als L'ystoire de Eurialus et Lucresse, vrays amoureux, selon pape Pie, uitgegeven door Anthoine Vérard, Parijs [1493]. Omstreeks 1515 publiceerde de Antwerpse drukker Jan van Doesborch een Engelstalige History of Eurealus and Lucresia, wat een zeer sterke indicatie is dat hij omstreeks die zelfde tijd ook een Nederlandstalige *Historie van Eurealus ende Lucresia op de markt gebracht zal hebben, die ook heel goed in zijn fonds zou passen gelet op andere titels over hetzelfde onderwerp: Dat bedroch der vrouwen en Dat bedroch der mannen. Helaas, van die hypothetische Nederlandse versie is geen letter bewaard gebleven. Wel zijn de namen van de beide geliefden doorgedrongen in de Middelnederlandse letterkunde van de 16e eeuw: de Historie van Buevijn van Austoen, de Historie vander borchgravinne van Vergi en de Refreinenbundel van Jan van Stijevoort, en lijken zij een ‘exemplarische’ status te hebben. (nl)
- La Historia de duobus amantibus (in italiano "Storia di due amanti") è un romanzo epistolare di genere erotico scritto nel 1444 da Enea Silvio Piccolomini, il futuro papa Pio II. La prima edizione a stampa dell'opera fu dovuta ad Ulrich Zell a Colonia tra il 1467 ed il 1470. (it)
|