rdfs:comment
| - George Grard, né le 26 novembre 1901 à Tournai et mort le 26 septembre 1984 à Saint-Idesbald, est un sculpteur belge. (fr)
- George Grard (1901–1984) was a Belgian sculptor, known above all for his representations of the female, in the manner of Pierre Renoir and Aristide Maillol, modelled in clay or plaster, and cast in bronze. George Grard died in Saint-Idesbald in 1984. (en)
- George Grard (Doornik, 26 november 1901 – Sint-Idesbald, 26 september 1984) was een Belgisch beeldhouwer. Grard volgde een opleiding aan de Académie des Beaux-Arts te Doornik in tekenen, beeldhouwen en schilderkunst. Hij wordt algemeen erkend als één der grootste figuratieve Belgische beeldhouwers. In 1930 kreeg hij een beurs, geschonken door de stad Doornik, en behaalde de Rubensprijs van het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel In 1967 werd hij lid van de Klasse der Schone Kunsten, afdeling Beeldhouwwerk van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België.
* (nl)
|
has abstract
| - George Grard (1901–1984) was a Belgian sculptor, known above all for his representations of the female, in the manner of Pierre Renoir and Aristide Maillol, modelled in clay or plaster, and cast in bronze. Grard was born in Tournai to a family of modest means and entered the Académie de Tournai in 1915, but his real calling as a sculptor became apparent when he followed a course in sculpture in 1922 with Maurice De Korte (1889–1971). In his native city he met Pierre Caille, and later, in a Brussels foundry, . Having won the (1930), he left for Paris, where he encountered the sculpture of Charles Despiau, Aristide Maillol and Pierre Renoir, which influenced his mature style. In 1931, he set up his studio at Saint-Idesbald on the coast, where his house became a rendez-vous of artists including Pierre Caille, the Haesaerts brothers, Edgard Tytgat and Paul Delvaux. In 1935, he was commissioned to create a sculpture for the rose garden at the Exposition universelle et internationale. Two years later Henry Van de Velde asked him for a work for the Belgian pavilion of the Exposition internationale, 1937. In the nineteen-fifties Grard, still in full possession of his mature powers, received repeated public commissions: the Seated Figure at the Banque Nationale, Brussels (1950), La Mer, fronting the post office at Ostend (1955, illustration), the Naïade at Tournai (1950), and Earth and Water, near the Albert Bridge at Liège (1964). George Grard died in Saint-Idesbald in 1984. (en)
- George Grard, né le 26 novembre 1901 à Tournai et mort le 26 septembre 1984 à Saint-Idesbald, est un sculpteur belge. (fr)
- George Grard (Doornik, 26 november 1901 – Sint-Idesbald, 26 september 1984) was een Belgisch beeldhouwer. Grard volgde een opleiding aan de Académie des Beaux-Arts te Doornik in tekenen, beeldhouwen en schilderkunst. Hij wordt algemeen erkend als één der grootste figuratieve Belgische beeldhouwers. In 1930 kreeg hij een beurs, geschonken door de stad Doornik, en behaalde de Rubensprijs van het Paleis voor Schone Kunsten te Brussel In 1931 ging hij in Sint-Idesbald (Koksijde) in een vissershuisje wonen. Hij maakte er een atelier. Samen met nog andere kunstenaars die naar Sint-Idesbald kwamen, wegens het goede licht dat er was voor hun werken, werd de zogenaamde School van Sint-Idesbald gesticht. Onder deze kunstenaars waren onder anderen zijn goede vriend Paul Delvaux en de kunstenaars , Serge Creuz, Dasnoy. In 1935 behaalde Grard de "Prix de la Roseraie" in het kader van de Wereldtentoonstelling te Brussel. Van dan af aan wijdde hij zich volledig aan zijn beeldhouwkunst in Sint-Idesbald. In 1967 werd hij lid van de Klasse der Schone Kunsten, afdeling Beeldhouwwerk van de Koninklijke Academie voor Wetenschappen, Letteren en Schone Kunsten van België. In 1970 behaalde hij de vijfjaarlijkse "Prijs ter Bekroning van een kunstenaarsloopbaan". De voorkeur van Grard ging uit naar grote bronzen beelden met als onderwerp het vrouwelijk naakt. Tot midden de jaren vijftig legde hij de nadruk op de volle, vrouwelijke vormen in zijn zittende, liggende en staande figuren. Zijn beeld 'De grote Afrikaanse' is een keerpunt. Het is een nieuw vrouwentype, een uitgelengde, slanke figuur. Vanaf 1965 ging hij ook over op bronzen figuurtjes in klein formaat. Vanaf 1975 begon hij, wegens problemen met zijn gezondheid, meer en meer te tekenen. In deze tekeningen toont hij een vrijere en meer expressieve interpretatie van het levend model. Hij overleed te Sint-Idesbald op 26 september 1984 en is begraven te Koksijde. , zijn echtgenote en model (en beeldhouwster) heeft in 1995 een bronzen borstbeeld van hem gemaakt als hulde aan haar leermeester. Dit borstbeeld staat op het George Grardplein te Sint-Idesbald. Zijn dochter treedt met haar sculpturen eveneens in de voetstappen van haar vader. Enkele bekende werken :
* De Volheid (1947)
* De Lente (1947)
* De waternimf (1949-1950)
* Zittende vrouw (1950-1952)
* De Zee (ook Liggend Naakt genoemd) in Oostende ook bekend als "Dikke Mathille" (1952-1955)
* De Grote Afrikaanse (1957-1958) (tentoongesteld op de Wereldtentoonstelling van 1958 in Brussel)
* De Aarde (1959-1960)
* Het water en de aarde (1962-1965)
* Adam en Eva (doopvont) (1966-1971)
* Vrouw die naar de zon kijkt (1972-1976)
* De Kwartel (1976) Sinds juni 2016 is een deel van het oeuvre overgebracht naar het nieuwe Kunstencentrum Ten Bogaerde in Koksijde.Op de eerste verdieping bevindt zich de George Grardzaal met originele gipsen en tekeningen. Buiten staan acht bronzen beelden opgesteld.
* Koksijde
*
*
*
* (nl)
|