rdfs:comment
| - A "soft target" is a person, thing, or location that is easily accessible to the general public and relatively unprotected, making it vulnerable to military or terrorist attack. By contrast, a "hard target" is heavily defended or not accessible to the general public. (en)
- ソフトターゲットは、軍事またはテロ攻撃に対して比較的脆弱とみられる人物または物品(施設)である。 (ja)
- Měkké a tvrdé cíle jsou pojmy z , které se používají pro označení cílů možného útoku (například teroristického) a jejich rozlišení z hlediska stupně ochrany. Tvrdý cíl (anglicky hard target) je objekt s vysokým stupněm ochrany proti napadení a neoprávněnému vniknutí. Jedná se o dobře chráněné a střežené objekty, jako jsou například důležité státní objekty, vojenské objekty, objekty dalších bezpečnostních složek, ale i některé nestátní a komerční objekty. (cs)
- Een soft target is een persoon of ding dat relatief onbeschermd of kwetsbaar is, vooral voor een militaire of terroristische aanval. Het onderscheid tussen de termen "soft target" en "hard target" is niet altijd duidelijk. Typische 'zachte doelen' zijn civiele locaties waar mensen in grote aantallen samenkomen. Voorbeelden zijn nationale monumenten, ziekenhuizen, scholen, sportvelden, hotels, culturele centra, bioscopen, cafés en restaurants, gebouwen voor de eredienst zoals kerken en moskeeën, winkelcentra, openbare evenementen zoals een marathon, openbaarvervoerlocaties en trams, bussen en treinen. Zachte doelen onderscheiden zich van harde doelen, omdat bij harde doelen de toegang het publiek beperkt is en ze voldoende veiligheidsmaatregelen hebben om een hoge mate van bescherming tegen (nl)
|
has abstract
| - Měkké a tvrdé cíle jsou pojmy z , které se používají pro označení cílů možného útoku (například teroristického) a jejich rozlišení z hlediska stupně ochrany. Tvrdý cíl (anglicky hard target) je objekt s vysokým stupněm ochrany proti napadení a neoprávněnému vniknutí. Jedná se o dobře chráněné a střežené objekty, jako jsou například důležité státní objekty, vojenské objekty, objekty dalších bezpečnostních složek, ale i některé nestátní a komerční objekty. Měkký cíl (anglicky soft target) není přesně definován. Obecně však jde o místa s vysokou koncentrací osob a nízkou mírou zabezpečení proti násilnému útoku (například teroristů či duševně narušených jedinců). Na takových místech je vyšší pravděpodobnost napadení s možnými velkými škodami na životech a zdraví lidí. Může jít o různé kulturní, společenské nebo sportovní akce, ale i jiná místa, kde se schází velké množství lidí, například nádraží, obchodní centra a podobně. (cs)
- A "soft target" is a person, thing, or location that is easily accessible to the general public and relatively unprotected, making it vulnerable to military or terrorist attack. By contrast, a "hard target" is heavily defended or not accessible to the general public. (en)
- ソフトターゲットは、軍事またはテロ攻撃に対して比較的脆弱とみられる人物または物品(施設)である。 (ja)
- Een soft target is een persoon of ding dat relatief onbeschermd of kwetsbaar is, vooral voor een militaire of terroristische aanval. Het onderscheid tussen de termen "soft target" en "hard target" is niet altijd duidelijk. Typische 'zachte doelen' zijn civiele locaties waar mensen in grote aantallen samenkomen. Voorbeelden zijn nationale monumenten, ziekenhuizen, scholen, sportvelden, hotels, culturele centra, bioscopen, cafés en restaurants, gebouwen voor de eredienst zoals kerken en moskeeën, winkelcentra, openbare evenementen zoals een marathon, openbaarvervoerlocaties en trams, bussen en treinen. Zachte doelen onderscheiden zich van harde doelen, omdat bij harde doelen de toegang het publiek beperkt is en ze voldoende veiligheidsmaatregelen hebben om een hoge mate van bescherming tegen een aanval te bieden. Voorbeelden van moeilijke doelen zijn bedreigde en daardoor vaak zeer goed beschermde politici, belangrijke overheidsgebouwen, militaire installaties, buitenlandse ambassades en kerncentrales. Terroristische groepen kiezen vaak zachte doelen, zoals de afgelopen jaren zichtbaar was in Berlijn, Nice en Brussel. Van de terreuraanvallen wereldwijd van 1968 tot en met 2005, was 72% (8111) gericht op zachte doelen en 27% (4248) op harde doelen. De bedoeling van aanvallen op zachte doelen is niet alleen "doden of verwonden", maar ook "terroriseren, chaos scheppen en het publiek intimideren". , hoofd van het Amerikaanse , stelde dat hoe harder we harde doelen maken, des te waarschijnlijker het is dat zachte doelen het doelwit zullen worden. (nl)
|